Aurelia aurita 
(common moon jellyfish)

 

 

 

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


De Blaschka special bestaat uit 3 pagina's

 


1  introductie - zeeleven 

2  bloemen

3  meer zeeleven - links - adressen

 
 


Medusae
(jellyfish)

 

Op het snijpunt tussen werkelijkheid en droom kunnen creaties van een schier  tijdloze schoonheid ontstaan. Het zijn gestolde dromen die, omdat ze niet in een kader passen, in staat zijn onze verbeelding te tarten. Zo wordt de  toeschouwer wel gedwongen zich vol verwondering af te vragen waar hij nu eigenlijk naar kijkt.


Crambessa tagi 
(Scyphozoan jellyfish)

 

Ongetwijfeld zullen er niets vermoedende mensen zijn die, bij de eerste blik op bovenstaande kwal, denken dat het de afbeelding een echt exemplaar betreft. Pas als er daarna nog meer plaatjes op het beeldscherm verschijnen wordt langzaam duidelijk dat het gaat om creaties van een uitzonderlijk hoge en broze kwaliteit glaswerk. 

De man die al dit moois te voorschijn wist te toveren leefde in het Bohemen van de 19de eeuw. Zijn naam was Leopold Blaschka. 
In de 19de eeuw stond Bohemen bekend om zijn vaak fel gekleurd glaswerk. Beroemd zijn de speciale gravures
waarmee glazen en bokalen, veelal in opdracht, versierd werden. Zoals te zien is bij de twee onderstaande voorbeelden. 


traditoneel 19de eeuws Boheems glas


Leoppold Blaschka


traditoneel 19de eeuws Boheems glas


Meer dan driehonderd jaar was in de familie Blaschka de kunst van het glasblazen al van vader op zoon  doorgegeven. Toch was het geen vanzelfsprekendheid dat Leopold Blaschka ook glasblazer zou worden. Hij ontwikkelde zijn artistieke kwaliteiten liever door zich eerst als sieradenmaker, in het nabijgelegen Turnau, te vestigen. Alleen kroop ook deze keer het bloed opnieuw waar het niet gaan kon, want na verloop van enkele jaren trok Leopold weer huiswaarts en begon hij toch aan een loopbaan in het bedrijf van zijn vader. Waar hij de kunst van het glasvormen en emailleren leerde.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 



 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Crambessa tagi 
(Scyphozoan jellyfish)
Physophora magnifica
 
(hydroza)

 

Chrysaora hysocella
(Scyphozoan jellyfish)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Werktekeningen voor het anatomische model
van de Sephia officinalis 
(common cuttlefish)

 

Uiteindelijk anatomisch model
van de Sephia officinalis
(common cuttlefish)


 

In 1846 trouwde Blaschka voor de 1ste keer. Het huwelijk was geen lang leven beschoren. Blaschka verloor zijn vrouw al na vier jaren. Gedurende de moeilijke periode na haar overlijden vond hij troost in de natuur. Daarna begon hij voor het eerst glazen bloemen te maken. Hetgeen uitstekend paste in de saloncultuur van de 19de eeuw.
Het was in die tijd mode om de natuur in een soort ideaalbeeld te vangen. De objecten moesten bovenal elegant en vooral curieus zijn. Denk maar aan de beroemde Paaseieren van de St. Peterburgse goudsmid en juwelenmaker Peter Carl Fabergé.
Ook dit waren zeldzame staaltjes technisch vernuft gemixd met een exclusief, snuifje artistiek vermogen. 

Om de exotica uit deze periode echt op waarde te schatten moeten we niet vergeten
dat de mensen uit deze tijd nog haast geen voorbeelden uit de natuur voorhanden hadden. Alleen de elite kon beschikken over kassen waarin b.v. orchideeën konden worden gekweekt. In het begin betrok Blaschka zijn voorbeelden uit de tuinen en kassen van het kasteel Camille dat toebehoorde aan de Prinz von Rohan. Deze was zo enthousiast over zijn werk dat hij de meest zeldzame orchideeën liet overkomen, die Blashka dan weer omtoverde tot fantastische glazen kunstwerken. Zo maakte hij ongeveer 60 modellen die voor het eerst door de prins werden tentoongesteld in de botanische tuinen van zijn paleis in Dresden. Daarna verhuisden ze naar het museum voor Natuurlijke Historie te Luik. Waar ze jammerlijk genoeg bij een brand verloren gingen.

Door het vervaardigen van de glazen bloemen kreeg Blaschka steeds meer erkenning en sindsdien kon hij het maken van glazen ogen en burgelijke snuisterijen achter zich laten. 
Er volgde al snel een nieuwe uitdaging. Ludwig Reichenbach, directeur van de botanische tuinen en het natuurhistorische museum in Dresden verzocht Blaschka om aquaria met zeeanemomen te maken. 
Hiervoor liet deze zich inspireren door de illustraties in Philip Henry's Gosse Actinologia Brtittania, dat in 1860 was verschenen.
(afbeeldingen van Gosse's tekeningen zijn te vinden op pagina 3)
Van de zeeanemonen was het daarna nog maar een kleine stap naar het vervaardigen van andere zeedieren.
De tekeningen hiervoor waren door Blaschka zelf gemaakt op een van zijn vroegere reizen. 

De zaken liepen zo voorspoedig dat Blaschka omstreeks 1865 hij een nieuw bedrijf opzette vlak bij Dresden, waar hij zich verder kon specialiseren in het maken van zijn glazen zeedieren.
In de nu volgende fase volgde een grote productie van glasmodellen van lagere diersoorten. 
In deze tijd waren er natuurlijk nog niet de prachtige natuurseries die wij tegenwoordig op onze TV kunnen bekijken. Toch kreeg men steeds meer belangstelling voor de natuur en met name voor de wonderlijke wereld met waterwezens in betoverende kleuren en vormen. 
Om de leergierge mens behulpzaam te zijn met hun ontdekking van exotica kwam het rond deze tijd in zwang om overal natuurhistorische musea te openen. Bij de fabriek van Blaschka kwamen alras bestellingen binnen uit alle uithoeken van onze aardbol.


Rudolf Blaschka
Het was in deze periode dat zoon Rudolf zijn priesterstudie opgaf en bij zijn vader in de zaak kwam werken. Deze keus had er eigenlijk altijd al ingezeten, want op 13 jarige leefdtijd vertrouwde vader Blaschka zijn handige zoon al de taak toe om modellen van ongewervelde dieren en planten te beschilderen.

De glazen objecten van de Blaschka's waren maar ten delen staaltjes van tradionele glasblaaskunst. Vader en zoon zagen zichzelf niet zozeer als glasblazers, eerder als glasvormers.
Met een groot oog voor detail werkten ze vooral met ijzerdraad en lijm. Waarbij vooral de opleiding tot juwelenmaker goed van pas kwam, want ahoewel er soms gebruik werd gemaakt van helder glas, werden de objecten meestal beschilderd. Zoals goed te zien is op de afbeelding van de nectar zuigende wesp.

Lees verder

 

Links      Het volledige glasmodel van een Bouganvillia spec.

Rechts   Een detailfoto waarop goed de poliepen en de meduseknoppen te zien zijn. Het glasmodel is opgebouwd uit kleurloos glas. Waarbij de verf aan de binnenzijde van de buisjes werd aangebracht.
De knopen zijn dubbelwandig en inwendig is er een struktuur aangebracht.

          





c
ollectie Universiteitsmuseum Utrecht.