Bij klikken op de
Global brain afbeeldingen verschijnt de vergroting
De afbeeldingen op deze
pagina zijn geïnspireerd door het boek
Global Brain:
The evolution of Mass Mind from the BIG BANG to the 21st
Century by Harold Bloom |
Een nieuw en uniek project
dat de moeite van het bekijken waard is.
|
|
|
Artikel over het
internet
Jean Houston |
De opmars van internet is niet te stuiten. Sceptici
vrezen dat het leven online ons reduceert tot virtuele
wezens, geïsoleerde aanhangsels van machines. Filosofe
Jean Houston is iets positiever. Zij ziet internet als
de plaats waar een nieuw soort intelligentie zal
ontstaan.
|
Terwijl mijn vingers over het
toetsenbord vliegen, wist het binnenstromende zonlicht de
woorden van mijn scherm. Even blijft het hangen op mijn handen.
Een herinnering aan een paar andere zonbeschenen handen komt
naar boven: die van de man die ik altijd meneer Tayer noemde.
Pas vele jaren na onze eerste ontmoeting ontdekte ik, dat hij
Pierre Teilhard de Chardin was, de grote jezuïtische
paleontoloog en mysticus. Hij woonde een paar straten bij mij
vandaan in New York. Maar de zon op mijn handen is niet de enige
aanleiding waarom ik wat meer aan Teilhard moet denken, de
laatste tijd. De afgelopen jaren is hij uitgegroeid tot de
goeroe van een clubje internettheoretici en soms probeer ik me
gesprekken te herinneren die ik met meneer Tayer voerde.
Toen ik een jaar of vijftien was en hij al in de zeventig,
wandelden we soms samen in het Central Park met mijn hond Champ.
Ik weet nog goed die keer, dat meneer Tayer zijn handen met die
lange, slanke vingers ophield naar de zon en met zijn
intrigerende Franse accent vertelde over wat hij de 'noosphere'
noemde. Drukgebarend vertelde hij dat de aarde een nieuwe
'atmosfeer' had ontwikkeld die de planeet omringde. Deze nieuwe
laag - de noosfeer - was een levende, denkende massa die zou
uitgroeien tot 'een levend netwerk dat al onze gedachten, dromen
en zelfs al onze ervaringen zou bevatten'. Een soort Groot
Brein, een weefsel dat is gevormd door het denkvermogen van de
hele planeet, dat werd gevoed door het menselijk bewustzijn en
de menselijke evolutie zou versnellen.
'Wanneer gebeurt dat dan?' vroeg ik hem. Ik was nieuwsgierig
geworden, want op die 'alwetende' plek kon ik dan met al mijn
huiswerk terecht. Volgens meneer Tayer was deze 'denklaag'
ontstaan op het moment, dat mensen zich bewust werden van
zichzelf. Maar dit levende omhulsel zou tijdens mijn leven wel
eens in dichtheid en complexiteit kunnen toenemen en mensen
aanzetten tot een grotere sensitiviteit en ontvankelijkheid.
Zijn woorden kregen een vreemde, grootse helderheid en leken net
zo te glanzen als de zonnestralen die zijn uitspraken leken te
tarten. Hij sprak over een immense, groeiende materie die alle
dingen en ideeën bevatte, over transparante gedachten en de
onstuitbare stroom van intelligentie en spiritualiteit die een
allesomvattende verandering teweeg zou brengen. Hij noemde het 'noogenesis':
het ontstaan van een nieuwe levenslaag boven de dampkring.
'Maar wat gebeurt er dan met de bomen en de bergen en de
dieren?' vroeg ik hem, terwijl ik bezorgd naar Champ keek. 'Zijn
zij niet meer belangrijk?' Meneer Tayer stelde me gerust: zij
bleven net zo belangrijk als ze geweest waren, maar dat ze nu
onderdeel uitmaakten van een allesoverkoepelende noosfeer. Mens
en dier waren beide onderdeel van een kosmische, evolutionaire
beweging die ons voortstuwde naar een hele nieuwe levensvorm.
Tijdens deze metamorfose zouden wij boven onszelf uitstijgen.
Hij vertelde over de nieuwe communicatiemiddelen - radio,
televisie en die kleine nieuwe personal computer - als
uiterlijke vormen van deze innerlijke verandering.
Wat een mysterieus visioen leek in de jaren vijftig, zien we nu
als een voorspelling van het wereldwijde netwerk van
elektronische informatie. De mogelijkheden contact te maken met
internet zijn grenzeloos en niet gebonden aan de bestaande
begrippen van tijd. Iedereen kan overal het net op. Vanuit een
café in Parijs, een kelder in Peking, een vliegtuig op
duizenden kilometers boven het Noordpoolgebied, een boot in de
Egeïsche zee, een taxi in Istanbul - internet maakt mensen
alomtegenwoordig. Het biedt hen de mogelijkheid razendsnel te
reizen door de bekende én de onbekende wereld. Het is een
virtuele smeltkroes, waarin culturen elkaar ontmoeten, zich
verspreiden en mensen hun 'sociale DNA' met grote snelheid
uitwisselen. Uit dit soort contacten komt een heel nieuw soort
mens voort.
Teilhards speculaties in de jaren vijftig getuigden onmiskenbaar
van een vooruitziende blik, maar het idee van een netwerk van
energie dat alles wat bestaat met elkaar verbindt, gaat nog veel
verder terug. Al bijna tweeduizend jaar geleden gaf de boeddhist
Avatamska Sutra een mystieke omschrijving van het ultieme
energetische net. Vrij vertaald schreef hij: 'In de hemel van
Indra bevindt zich een net van parels dat zó is gemaakt, dat
als je naar één parel kijkt, je daarin alle andere parels
gereflecteerd ziet. En als je één parel aanraakt, veroorzaak
je een trilling die voelbaar is in elke parel in het net. Zo is
ook elk mens en elk object in deze wereld niet alleen zichzelf,
maar heeft ook alle andere mensen en objecten in zich en ís op
een bepaald niveau die andere mens en dat andere object'. Het
world wide web is een moderne incarnatie van Indra's net, een
metalandschap van elektronen die elk weer een geheel op zich
vormen. En net als zijn metafysische voorganger is het ingebed
in een netwerk van onderlinge afhankelijkheid.
Het besef dat alle wezens met elkaar verbonden zijn, dat
optreedt tijdens spirituele oefeningen, maakt iemand los van de
eigen realiteit en bereidt hem of haar voor op het innemen van
de eigen plek in de kosmische dans. Het bewandelen van de
virtuele paden van internet leidt tot een gelijksoortige
verbreding van de grenzen die culturen, talen, wetenschappen,
religies, landen en rassen sinds jaar en dag van elkaar
scheiden. Elke keer als we inloggen, werken wij mee aan het
creëren van één mondiaal bewustzijn. De planeet wordt zich
door ons bewust van zichzelf in al haar facetten. Onze aarde is
inmiddels zo dik bekabeld, dat binnen een paar jaar vrijwel
alles wat mensen doen of waar zij ooit over hebben nagedacht, op
het beeldscherm getoverd kan worden. Via het toetsenbord zijn
wij in staat spiritueel contact met elkaar te maken. Internet
herschept de menselijke cultuur.
In de vierde eeuw voor Christus bloeiden rijke culturen op langs
de grote rivieren - langs de Nijl, tussen de Tigris en Eufraat,
langs de Yangtse en de Ganges. Nu groeit er een nieuwe en zeer
veelzijdige cultuur op internet, de grote rivier van
elektronische informatie. De wereld van internet is een tweede
universum, een zelfstandig koninkrijk in ons midden, met eigen
vergezichten en geluiden, landschappen en kenniscentra, markten
en amusementshallen, romances en informatiebronnen. Een nieuw
universum dat nog niet eerder werd ervaren op deze wereld. Dit
mondiale dorp der dorpen groeit gestaag. Elk uur komen er nieuwe
inwoners bij die leven en bewegen in deze wereld die overal en
nergens is.
Wij, de pioniers op het internet, evolueren snel in nieuwe
bestaansvormen. Onze geestelijke 'voelsprieten' groeien tijdens
deze reis door ruimte en tijd. Psychologische theorieën die
eeuwenlang werden aangehangen, verdwijnen in enkele decennia. In
plaats daarvan groeit de menselijke geest zelf en wordt zelfs
opnieuw vormgegeven. Dit veranderingsproces is een
wisselwerking: internet verandert ons, terwijl wij de
technologie verfijnen om het bereik ervan nog verder uit te
breiden.
Natuurlijk, er zijn ook schaduwkanten. Het zelf kunnen maken en
verspreiden van afbeeldingen via internet haalt het slechtste in
mensen naar boven. Gestoorde persoonlijkheden vinden er een
publiek, obsceniteit floreert. Elektronisch uitvergroot beleeft
het ouderwetse kwaad hoogtijdagen. Pornografie is overal te
vinden en kansspelen op internet maken miljoenen mensen
gokverslaafd. Gewone mensen verliezen er hun spaargeld. Ze kopen
dingen waarvan ze niet wisten, dat ze die wilden hebben tot ze
werden verleid door de sirenes van het net.
Ondanks deze schaduwkanten is internet een veelbelovende weg
naar een hoger bewustzijnsniveau van de mens. Wij bevinden ons
nu in het prille stadium, waarin wij in staat zijn te incarneren
tot een andere menselijke gedaante. In het hindoeïsme is een
incarnatie een god of goddelijke kracht die bezit neemt van
lichaam en geest van een mens. Zo wordt prins Rama uit het
grootse Indische epos The Ramadan beschouwd als de incarnatie
van de scheppende god Vishnu, en prinses Sita, Rama's vrouw, als
de incarnatie van Vishnu's vrouw Lakshmi, godin van de
overvloed. In de virtuele wereld kunnen wij elke vorm of elk
lichaam aannemen op het scherm: Merlijn of Supervrouw, koningin
Elizabeth of Jeanne d'Arc, een wezen met duizend ogen of een vis
met de kop van een aap. Zulke virtuele identiteiten zijn
natuurlijk meer een imitatie dan een incarnatie, maar sommige
mensen identificeren zich zo sterk met hun virtuele gedaante,
dat het een nieuw onderdeel van hun persoonlijkheid wordt,
waardoor zij gevoelens en meningen op een andere, prikkelender
manier kunnen uiten. Een wetenschapper die in het normale leven
geldt als een 'tough cookie' in het laboratorium, verandert op
het net in een wezen met de aardbol als hoofd om zo de liefde
die zij voelt voor alle wezens die Gaia heeft geschapen, uit te
dragen.
Deze virtuele incarnaties geven ons de kans te experimenteren
met onze menselijke diversiteit, om met andere incarnaties te
communiceren in virtuele landschappen en een droomwereld te
creëren, waarin onze geest sneller groeit. Met behulp van
internet vergroten wij onze innerlijke belevingswereld.
Tegelijkertijd straalt ons uiterlijk gedrag een grotere openheid
uit in onze contacten met mensen op het werk, in onze
woonomgeving en in onze gezinnen. Vroeger droegen mensen tijdens
rituelen de maskers van hun goden. Zij bezaten op dat moment de
krachten van die goden. In de virtuele wereld kunnen wij onze
broeders en zusters uit het verleden nadoen. Wij leren de
identiteiten van het collectieve onderbewuste aan te nemen en de
wereld intenser en op meerdere manieren te ervaren. We
ontwikkelen een soort vloeibare persoonlijkheid en door de
invloed van het net verandert de manier waarop wij over onszelf
denken. Terwijl zich een nieuwe band tussen ons lichaam en onze
geest ontwikkelt, veranderen ook veel andere dingen: ons
zelfbeeld, hoe wij denken en praten, onze onderlinge relaties en
ons gevoel van verbondenheid, de manier waarop wij werken en
dingen creëren, zelfs onze kijk op de realiteit zelf. Internet
belooft voor de mensheid net zo'n grote evolutionaire
verandering te worden als de overgang van een nomadenbestaan
naar een landbouwbeschaving dat deed.
Howard Rheingold omschrijft deze gemeenschappen als 'sociale
verbanden die ontstaan als mensen samen uitgebreid
discussiëren, met voldoende gevoel en respect voor elkaar en op
die manier persoonlijke relaties vormen in de virtuele wereld'.
Wat ontstaat er eigenlijk door dit medium? Een groep mensen die
over en weer van elkaar leert op allerlei terreinen, die met
elkaar communiceren en ontdekken dat hoe meer je met mensen
praat, hoe meer zij de moeite waard worden om mee te praten. In
het dagelijks leven voer je waarschijnlijk geen uitgebreide
gesprekken met de brandweerman, politieagent, bakker of
bibliothecaresse. Op het net praat je niet alleen met hen, je
wordt vrienden. Er ontstaan virtuele dorpen vol vrienden van
alle leeftijden. Centraal daarbij staat de dienstbaarheid: niet
alleen in een geanimeerd gesprek, maar vooral in de rol van
wederzijdse informatieverstrekkers. Ik ben een fervent lezer van
boeken op allerlei terreinen, maar de ideeën die ik nodig heb
voor mijn onderzoek krijg ik gemakkelijker en sneller via mijn
vrienden in de virtuele dorpen waar ik woon. Het met een
sneltreinvaart raadplegen van de COSMOGEN-lijst, levert
bijvoorbeeld de meest recente informatie op over de evolutieleer
en de voor- en tegenstanders van de relativiteitstheorie.
Door het surfen op internet verdiepen wij ons in het creëren
van een nieuwe realiteit. Dat gebeurt op een gigantische,
virtuele werkplek met heel veel collega's. Iemand introduceert
een stelling, denkt daarover na en ontwikkelt deze verder, vindt
een balans in tegenstrijdigheden en paradoxen en als menselijke
geest aan het einde van zijn Latijn is, komt er een oplossing.
Net als bij het componeren van muziek wordt het nieuwe denkkader
met een groot crescendo afgerond. Een nieuw denkpatroon is
toegevoegd aan het Grote Brein. De menselijke geest groeit door
prikkels. Dat was vroeger zo en dat gebeurt nu nog steeds. De
kennis uit het virtuele koninkrijk van de verbeelding verspreidt
zich en manifesteert zich in de buitenwereld in de vorm van een
opleving in de wetenschap, kunst, muziek, literatuur,
technologie, onderwijs, bestuursvormen en vooral in een groei in
inzichten.
|